De ‘Huis ten Donk’ maakte in 1763 deel uit van een extra equipage van zeven schepen (Giesenburg, Lekkerland, Duinenburg, Huijs ten Donk, Gouverneur-Generaal, Schagen en Stralen) waarvan er vijf bestemd waren voor Ceylon. Deze schepen moesten zoveel mogelijk soldaten meenemen vanwege de oorlog met de Koning van Kandy, een koninkrijk op Ceylon van 1521 tot 1815. In de 18e eeuw ontstonden spanningen tussen de VOC en de vorst, onder meer over de vrije handel tussen Ceylonen India. Dit mondde uit in een oorlog, die van 1760 tot1766 duurde en eindigde met een overwinning voor de VOC, waarbij Kandy alle rechten op de kuststreken aan de VOC moest overgeven. Jacob bracht een groot deel van zijn leven overzees door. Dit is onder meer af te leiden uit de huwelijksakte van zijn dochter Maria (1765), waarin wordt vermeld dat haar vader Jacob Bosua zedert 2 jaaren na de OostIndien was vertrokken. Het feit dat hij in dienst van de VOC in 1783 te Batavia is overleden, geeft aan dat hij zich langdurig aan de compagnie heeft verbonden.
Bij zijn overlijden was hij 71 jaar oud. Hij zal toen geen soldaat meer zijn geweest. Wat wel? Dan vermelden de archiefbronnen niet.
Maar dat hij het avontuur niet schuwde staat wel vast…